1. De jaren van verlies
Vijftien jaar geleden veranderde een tragisch busongeluk op de snelweg Granada-Málaga voorgoed het leven van een jonge jongen genaamd Alejandro Ruiz. Hoewel hij na afloop dood werd verklaard, werd Alejandro in werkelijkheid gered door een oude visser die hem aantrof terwijl hij zich vastklampte aan puin voor de kust van Almería.
De jongen groeide op zonder enige herinnering aan zijn verleden – geen familie, geen naam – behalve een verroeste armband met de tekst ‘Alejandro’. Ondanks zijn moeilijkheden bezat hij een opmerkelijke veerkracht. Hij studeerde onvermoeibaar, werkte lange uren in de haven en kreeg uiteindelijk een beurs waarmee hij naar het buitenland kon. Jaren later keerde hij terug als oprichter van een succesvol technologiebedrijf in Madrid, Horizon Tech, bekend om zijn innovaties in digitale oplossingen.
Toch bleef er diep van binnen een holle pijn bestaan: het verlangen om zijn ouders terug te vinden die hij altijd had gemist.
2. De terugkeer
Vastbesloten om de waarheid te achterhalen, schakelde Alejandro privédetectives in. Maandenlange zoektocht bracht hem naar Sevilla, waar hij ontdekte dat zijn biologische ouders, Don Fernando en Doña Isabel Ruiz, in luxe leefden en een succesvolle meubelzaak runden.
Hij kwam er ook achter dat ze nog twee andere kinderen hadden: Lucía en Javier.
Jaren geleden hadden ze naar hun vermiste zoon gezocht, maar naarmate hun fortuin toenam, vervaagde hun verdriet in stilte. Rijkdom, comfort en de tijd hadden de herinnering aan het kind dat ze ooit verloren hadden, stilletjes uitgewist.
Alejandro voelde geen woede. Hij wilde ze gewoon zien om te zien of er nog liefde in hun hart leefde. Dus bedacht hij een manier om dat te testen voordat hij zijn ware identiteit onthulde.
3. De vreemdeling in een rolstoel

Op een grijze middag verscheen een jongeman in een rolstoel voor de sierlijke poorten van het Ruiz-huis. Zijn kleding was eenvoudig, zijn gezicht verweerd door de zon, maar zijn ogen straalden een stille zachtheid uit.
« Pardon, » begon hij zachtjes. « Mijn naam is Alejandro. Ik ben als kind in de steek gelaten en ik hoorde dat hier een echtpaar woont dat ooit hun zoon heeft verloren. Ik wilde alleen even vragen… of u zich hem nog herinnert. »
Doña Isabel verstijfde. De naam, de ogen – er roerde iets in haar. Maar Don Fernando fronste.
« En jij verwacht dat wij dat geloven? Kijk eens naar jezelf – hoeveel huichelaars zijn er al met verhalen zoals die van jou aan de deur gekomen? »
Alejandro boog zijn hoofd.
« Ik kan een DNA-test doen als je wilt. Ik moet alleen weten of mijn ouders nog leven. »
Doña Isabel kreeg tranen in haar ogen.
« Fernando… misschien moeten we het in ieder geval even checken. Het zou hem kunnen zijn. »
Maar haar man reageerde: