De leugen was verpakt in het mooiste cadeaupapier. Wekenlang hadden mijn kinderen, Robert en Susan, een prachtig plaatje voor mij geschilderd, hun 72-jarige weduwemoeder. Ze spraken over een ‘wellness-heiligdom’ genesteld in het hart van de wijnstreek, een plek die het Heiligdom van de Gouden Wijngaard wordt genoemd.
« Het is een vijfsterrenhotel, mam, » zei Robert aan de telefoon, zijn stem droop van gespeeld enthousiasme. « Uitstekende maaltijden, rustige yoga, een prachtig landschap. Een plek waar je eindelijk kunt uitrusten en goed verzorgd kunt worden. »
« Je verdient het, mam, » viel Susan haar in de rede, haar toon zo zoet en weeïg als goedkope parfum. « Na alles wat je voor ons hebt gedaan. Nu is het onze beurt om je te verwennen. »
Ik, Grace, geloofde hen. Mijn gezondheid was broos sinds de dood van mijn man Frank, en de eenzaamheid in ons grote familiehuis was een constante, pijnlijke aanwezigheid. De gedachte aan een rustig toevluchtsoord, omringd door zorg en natuur, was als een verzachtende balsem. Ik pakte mijn koffers met hoop in mijn hart, vertrouwend op de twee mensen die ik op de wereld had gezet.
De enige die sceptisch leek, was mijn kleinzoon Kevin. Op negentienjarige leeftijd was Kevin een vulkaan van geconcentreerde energie en stille genialiteit. Hij leefde in zijn eigen wereld – een wereld van printplaten, vluchtcontrollers en adembenemende luchtvideo’s die hij met zijn professionele drones maakte. Zijn YouTube-kanaal had een verrassend grote aanhang. Hij was mijn Frank-zoon, door en door – oplettend, logisch en ongelooflijk loyaal.
De dag voordat ik vertrok, kwam hij me helpen inpakken. « Oma, » zei hij, opkijkend van het programmeren van een vliegroute op zijn laptop. « Dit ‘heiligdom’… Ik kan geen officiële website vinden. Weet je zeker dat het legaal is? »