Anna bleef een tijdje onbeweeglijk, kijkend naar Martins vermoeide gezicht. Er was geen warmte meer in zijn ogen. Ze zagen eruit als matte spiegels die veel meer verborgen hielden dan ze wilden laten zien. In de zware keukenlucht, verzadigd met de geur van thee en was, leek de tijd te stoppen.
“Verzin het niet, Anna,” zei hij uiteindelijk, terugzinkend in zijn stoel. – Jij maakt films. Je bent op zoek naar drama waar er geen is.
Waarom heb je dan mijn paspoort meegenomen? Waarom ben je naar de notaris gegaan? Waarom praat je ‘ s nachts met iemand? Haar stem trilde, maar elke vraag kwam als een klap.
Martin zuchtte en stond langzaam op. Hij wreef over zijn voorhoofd met zijn handpalm, alsof hij niet alleen vermoeidheid wilde uitwissen, maar het hele onderwerp.
“Je begrijpt niets… “Het spijt me,” mompelde hij. “Ik wilde je beschermen.
Anna ‘ s hart zonk pijnlijk. Beveiliging? Was dat wat hij noemde de leugens, de cover-ups, en het gefluister dat ze ‘ s nachts had gehoord?