Bereiding:
-
Maak de zanddeegbodem: Hak de koude boter in kleine stukjes en meng met de bloem, poedersuiker en bakpoeder. Wrijf met je vingertoppen tot je een kruimelig mengsel hebt. Voeg de eidooier toe en eventueel wat water (als het deeg te droog is) en kneed snel tot een bal. Wikkel in plasticfolie en laat 30 minuten rusten in de koelkast (of enkele minuten in de vriezer).
-
Rol het deeg uit op een bebloemd oppervlak en bekleed de bodem van de springvorm, bekleed met bakpapier. Prik met een vork gaatjes in de bodem. Laat nog eens 30 minuten rusten in de koelkast (of 10 minuten in de vriezer).
-
Bak in een voorverwarmde oven op 190°C gedurende 15 minuten (of tot goudbruin). Laat afkoelen.
-
Maak de panna cotta: Doe de gelatine in een kom en giet er het water overheen. Laat enkele minuten staan tot de gelatine zacht is.
-
Doe de melk, room, suiker en vanille in een pan. Verwarm op laag vuur tot bijna aan de kook (niet laten koken!).
-
Haal van het vuur en voeg de geweekte gelatine toe. Roer tot de gelatine volledig is opgelost. Laat afkoelen tot het iets dikker begint te worden. Je kunt de massa in de vriezer of koelkast zetten om dit proces te versnellen.
-
Giet de licht verdikte panna cotta over de afgekoelde zanddeegbodem en laat volledig opstijven in de koelkast.
-
Maak de gelei: Bereid de frambozen- of aardbeiengelei volgens de aanwijzingen op de verpakking. Laat iets afkoelen en licht verdikken.
-
Zodra de panna cotta is opgesteven, verdeel je de frambozen (bevroren of vers) over de panna cotta. Giet de licht verdikte gelei voorzichtig over de frambozen.
-
Laat de taart volledig opstijven in de koelkast (minstens 4 uur of
