š°āāļø Ik had mijn zoon met het meisje dat ik van de straat redde⦠en ontdekte dat ze een misdadigster was
En nu is het tijd om verder te gaan. Een overtuiging die uit liefde en barmhartigheid wordt genomen, kan uiteindelijk leiden tot verdriet, verwarring en spijt⦠de tot genezing. Dit is mijn verhaal. En dan zul je zien wat er gebeurt: gedeeltelijk prijzen mijn mededogen, anderen vinden dat ik mijn grootste fout heb begonnen.
š§ļøEen ontmoeting in de regen
Het was een koude, druilerige namiddag toen ik op straat een jonge vrouw zag zitten, neegedoken in een portiek, helemaal alleen. Haar kleren waren gescheiden, haar gezicht bleek, haar ogen dof en leeg. Ze leken niet ouder dan eenentwintig.
Ik liep naar haar toe, hurkte neer en vroeg zacht: 
« Meisje⦠waar zijn je ouders? Heb je een thuis? »
 Ze keek me aan met betraande ogen en alternatief: 
« Ik ben alleen. Mijn ouders zijn er nooit geweest. Ik groeide op in een weeshuis, maar ik ben gevlucht⦠niemand gaf om mij. »
Mijn hartrem. Wat als het gebeurde? Ookof iets in mij sterker was dan rede, nam ik haar mee naar huis.
š Een nieuw begin
Hier zit je, een warme douche, goede kleding, in de bovenal: aandacht. Dag na dag bloeide ze op. Haar gezicht kreeg kleur, haar blik licht. Het was vriendelijk, zachtaardig en leergierig. Ik gaf haar de naam āmijn dochter uit het lot.ā
Toen mijn zoon na een lange vertrek thuiskwam, en haar voor het eerst zag en de woonkamer, viel zijn mond bijna open. 
« Mama, wie is die mooie meid? Ik heb nog nooit zo iemand gezien in onze familie…Ā Ā»
Ik glimlachte en zei: 
āKom, ik stel haar aan je voor.ā
 Ik nam zijn hand in bracht hem naar de woonkamer. 
« Dit is Emy. Zie haar als je zus. »