« Je hebt meer dan een reisje verdiend, » zei ik.
« Je hebt een kans verdiend… om weer in jezelf te geloven. »
Ze huilde zachtjes in mijn schouder, en op dat moment besefte ik dat het hier niet om cijfers of vakanties ging.
Het ging over een kind dat nooit het gevoel had ergens bij te horen, en dat nu eindelijk probeert te bewijzen dat ze er wel bij hoorde.
We gingen op vakantie als gezin van vier – niet als ‘de succesvolle dochter en de worstelende’, maar als twee ouders met twee dochters, die ieder hun eigen pad bewandelen.
Op de laatste avond van de reis keek Lena naar de oceaan en zei zachtjes: « Ik blijf het proberen. Niet voor een reisje… alleen voor mezelf. » Dat was de echte overwinning.