Vanaf die dag beperkte Ethan zijn reizen. Ik werkte meer in huis, hielp Lily in de tuin en at elke avond met haar.
Toen ze nu de lakens verschoonden, deden ze dat samen – lachend, grapjes makend, de kamer vullend met warmte in plaats van stilte.
Geen eenzame nachten meer. Geen verborgen tranen meer. Alleen zonlicht dat door de gordijnen stroomde, de geur van schone was, en twee mensen die elkaar vonden.
Want in noodzaak en afstand, soms onnodige producten – net genoeg.
En Ethan begreep eindelijk: liefde vervaagt niet door ruimte of tijd.
Ze vervaagt alleen als er iemand thuiskomt.