ADVERTISEMENT
ADVERTISEMENT
ADVERTISEMENT

Een miljonair huilde bij het graf van zijn dochter, niet wetende dat ze nog leefde en hem gadesloeg.

 

 

In leven.

Haar ogen waren rood en opgezwollen, haar gezicht was bedekt met tranen die ze niet kon tegenhouden. Haar hart bonkte zo hard dat ze bang was dat het haar zou verraden.

Ze was slechts een paar minuten ontsnapt – uit de plek waar ze werd vastgehouden – alleen maar om hem te zien. Om er zeker van te zijn dat haar vader nog leefde.

Wat ze zag, bracht haar bijna ten val.

Hij knielde bij haar graf.

Ze wilde naar hem toe rennen. Schreeuwen: « Papa, ik ben hier! » Voelen hoe zijn armen haar omarmden.

Ze zette een stap vooruit, en bleef toen stokstijf staan.

Een angstaanjagende gedachte sneed door haar heen.

Als ze weten dat ik ontsnapt ben… als ze me met hem zien… dan zullen ze hem ook pijn doen.

Ze beet op haar lip tot ze bloed proefde en dwong zichzelf om stil te blijven.

‘Nog even,’ zei ze tegen zichzelf. ‘Ik red hem. Maar nog niet nu.’

Ze keek toe hoe hij langzaam opstond, de armband als een heilig relikwie in zijn zak stopte en wegliep – zijn schouders nog zwaarder dan voorheen.

De knuffel waar ze zo naar verlangde, moest nog even wachten.

Wat geen van beiden wist, was dat dit moment geen einde betekende.

Het was het begin van een waarheid zo duister dat ze levens zou verwoesten en de ware monsters achter de tragedie zou vernietigen.

De gevangenis
Uren later sloop Isabella terug naar de plek waar ze werd vastgehouden.

Een kleine, schemerige kamer. Een dun matras op de vloer. Eén raam waar nauwelijks licht doorheen kwam. Angst kleefde aan haar als een tweede huid.

Ze ging liggen en deed alsof ze sliep, haar hart bonkte in haar keel.

Toen hoorde ze gelach.

Gedempte stemmen.

Ze schoof naar de deur en drukte haar oor tegen de kier.

‘Het is nu twee maanden geleden, Mark,’ zei Stella kalm. ‘Niemand vermoedt iets. Iedereen gelooft dat het door de brand komt.’

Isabella’s bloed stolde.

‘En je idiote broer,’ grinnikte Mark, ‘zit waarschijnlijk nu te huilen bij het graf van het meisje.’

‘Laat hem maar,’ antwoordde Stella, terwijl ze een glas ophief. ‘Elk kopje thee brengt hem dichter bij de dood.’

Isabella hield haar hand voor haar mond om niet te schreeuwen.

‘Ze noemen het stress,’ vervolgde Stella. ‘Een gebroken hart. Natuurlijke oorzaken. En we erven alles.’

Ze lachten.

Isabella beefde.

Ze hebben de hut in brand gestoken. Ze hebben me ontvoerd. Ze vergiftigen mijn vader.

De angst maakte plaats voor iets sterkers.

Oplossen.

Die nacht ontsnapte ze.

De reünie
Bij zonsopgang bereikte Isabella, gehavend en op blote voeten, de ijzeren poorten van het Harrison-landgoed. Haar handen trilden terwijl ze zwakjes op de poorten bonkte.

“Papa… Papa…”

De deur ging open.

John verstijfde.

“Isabella…”

 

Als je wilt doorgaan, klik op de knop onder de advertentie ⤵️

Advertentie
ADVERTISEMENT

Laisser un commentaire