Bereid het deeg voor:
- 
- 
Klop in een grote kom de eieren met een snufje zout tot ze schuimig zijn. Het zout helpt de eiwitten te stabiliseren en de smaak te versterken.
 - 
Voeg geleidelijk 120 g suiker toe, terwijl je blijft kloppen tot het mengsel licht en romig is. Dit proces neemt lucht op, waardoor het deeg licht en luchtig wordt. Je kunt hiervoor een handmixer of een standmixer gebruiken.
 - 
Roer de vanille-extract erdoor.
 
 - 
 - 
Giet de natte ingrediënten erbij:
- 
Giet langzaam de zonnebloemolie erbij, terwijl je blijft mengen, en zorg ervoor dat deze volledig is opgenomen. De olie zorgt voor een zachte en vochtige taart.
 - 
Voeg de melk toe en meng tot alles goed gecombineerd is.
 
 - 
 - 
Voeg de droge ingrediënten toe:
- 
Zeef de bloem en het bakpoeder. Het zeven van de droge ingrediënten helpt klontjes te voorkomen en zorgt voor een luchtiger resultaat.
 - 
Voeg geleidelijk de droge ingrediënten toe aan het natte mengsel, en meng voorzichtig om overmixen te voorkomen. Het beslag moet glad en licht dik zijn.
 
 - 
 - 
Bereid de appels voor:
- 
Schil de appels, verwijder de klokhuizen en snijd ze in dunne plakjes. Je kunt ze in dunne wiggen of cirkels snijden, afhankelijk van je voorkeur. Dunne plakjes zorgen ervoor dat de appels goed gaar worden in de oven.
 
 - 
 - 
Zet de taart in elkaar:
- 
Giet de helft van het deeg in de voorbereide bakvorm en verdeel het gelijkmatig.
 - 
Schik de helft van de appelplakjes in één laag over het deeg.
 - 
Giet de rest van het deeg over de appels en verdeel het gelijkmatig.
 - 
Schik de resterende appelplakjes bovenop de taart, waardoor een decoratief patroon ontstaat. Je kunt de appelplakjes in een cirkel leggen, of ze dakpansgewijs schikken.
 
 - 
 
Bak de taart: