6 eieren, 2 gebroken, 2 gekookt, 2 opgegeten… Hoeveel eieren zijn er nog over? » Deze ogenschijnlijk simpele vraag brengt de meeste mensen in verwarring. Ontdek waarom deze lastige vraag zo goed werkt en test je logica!
Houdt dit raadsel je in de val of zet het je aan het denken?
Dit ogenschijnlijk simpele probleem heeft de sociale media overspoeld, en terecht: het lijkt elementair, maar onthult veel over onze manier van denken . Hier volgt de probleemstelling:
« Ik heb 6 eieren. Ik heb er 2 gebroken. Ik heb er 2 gebakken. Ik heb er 2 opgegeten. Hoeveel heb ik er nog over? »
Geen duidelijke complicaties. Geen dubbele betekenissen, geen visuele trucjes. En toch… hebben de meeste mensen het mis.
Heeft uw geest een kortere weg genomen?

De typische reactie? Snel lezen, een haastige berekening:
« 6 – 2 – 2 – 2 = 0… dus er blijft niets over? »
Verkeerde interpretatie. Er wordt impliciet aangenomen dat elke handeling afzonderlijke eieren betreft. Maar de verklaring specificeert dit niet.
Wat de zin werkelijk onthult:
- Je startvoorraad: 6 eieren
- Je breekt er twee.
- Je kookt 2 eieren (die je van tevoren moet breken).
- Je eet 2 eieren (waarschijnlijk de eieren die net klaar zijn).
Met andere woorden: dezelfde twee eieren werden achtereenvolgens gebroken, gekookt en vervolgens opgegeten .
Het resultaat? Je houdt 4 intacte eieren over .